8 februari 2012 • Een paar dagen geleden bezocht ik het 9/11 Memorial in New York. Het is altijd raar om een plaats te bezoeken waar zoveel mensen hebben geleden. Waar de twee WTC-torens stonden, zijn nu twee grote rechthoekige diepe gaten in zwarte steen. Langs alle wanden stroomt water naar beneden. Op de rand zwarte platen met daarin de namen van alle slachtoffers in uitgespaarde letters.
Terwijl we er rondlopen, horen we het lawaai van de werf errond. Volgend jaar zijn ook de prachtige Memorial-torens klaar. Ik zie dat iedereen anders reageert op het verdriet van deze plek. Sommigen vragen me om een foto te nemen van hun groepje. Ze trekken breed lachende gezichten als ik afdruk. Zoals op een verjaardagfeestje.
Anderen lopen er, net als ik, heel stil bij. Ik durf eerst de namen niet te lezen. Ik probeer de site als een geheel te zien. Als ik rozen van verwanten zie steken in namen op de rand loop ik snel voorbij. Ik wil niet emotioneel worden. Maar bij het volgende groepje bloemen ga ik er toch naar toe. Ik lees Flanigan en stel me een Ierse man voor, bij Suarez een Mexicaanse vrouw. Ook bij de Frans, Duits of Nederlands klinkende namen haal ik me prototypes van mensen voor de geest. Namen moeten gezichten krijgen. Al zijn het fictieve. Dan zie ik een Jane en een Rebecca met dezelfde familienaam. Er is een roos voor elk van hen en ik krijg tranen in mijn ogen.
Ik ga in een hoekje even uitblazen en ik denk na over plots verlies van geliefden. Maar ik realiseer me ook dat ik bij geen enkele naam die ik las aan een zwarte dacht, of aan een Indiaan. Nochtans waren er onder de slachtoffers vele zwarte mensen en ‘native Americans’. Maar de relatief weinige Indianen die niet werden uitgemoord door de blanke kolonisatoren kregen Europese namen. En ook de zwarte slaven mochten hun mooie Afrikaanse namen niet meenemen. Toen ze vele generaties later vrij kwamen, kregen ze de namen van hun meesters. Ze heten Hendrickx of Rooney.
Ik ga terug naar de watervallen en probeer mij te focussen op het algemene beeld van de Memorial. En ik zie dat het water, de bron van het leven, bruisend naar beneden stort in de grote zwarte bakken. De watervallen geven energie. Na elke grote tragedie proberen mensen meer te genieten van het leven. Voor even toch. En alleen wanneer je je op deze plek geen gezicht moet voorstellen van een geliefde.